Acht Bronzen Klokken


In de toren van de St.-Jozefkerk hangen acht bronzen luidklokken. Dat is ongewoon veel voor een parochiekerk, maar wel passend voor een kathedraal.

De St.-Jozef had, totdat in 1943 op last van de Duitse bezetter de toren werd leeggeroofd, drie klokken. Na de oorlog kwamen er vier voor in de plaats.

In 2020 en 2022 hebben particuliere schenkers ervoor gezorgd dat er nog eens vier klokken bijkwamen. Sindsdien beschikt de inmiddels tot kathedraal geworden kerk over een fraai ‘achtgelui’.


Klokkengieter Simon Laudy bezig met de afwerking van de klokken Petrus en Theresa, 2020

Klokken Gieten

De vier klokken van 1948 zijn gegoten door de gieterij van de Gebr. Van Bergen in Heiligerlee. Dit bedrijf vervaardigde toen vele klokken voor binnen- en buitenland, omdat er een enorme vraag was na de klokkenroof in de oorlog. In 1980 is het bedrijf gesloten.

De nieuwe klokken zijn gegoten door Simon Laudy in Finsterwolde, de enige overgebleven klokkengieter ten noorden van de grote rivieren. Deze Klokken- en Kunstgieterij Reiderland werkt volgens de aloude principes van het klokgietersambacht.


Basisgegevens

Van de klokken: naam, gietjaar, functie, toon.

  1. Petrus 2020 - Feestklok en Rouwklok - es’
  2. Jozef 1948 - Zondagsklok - f’
  3. Theresa 2020 - Angelusklok - g’
  4. Elisabeth 1948 -Angelus-voorslagklok - as’
  5. Henricus 1948 -Dagklok - bes’
  6. Johannes 1948 - Doopklok - c’’
  7. Caritas 2022 -Engelengelui 1 – es’’
  8. Amor 2022 -Engelengelui 2 – f’’

De Luidorde

Als kathedraal en als centrale kerk van een vitale stadsparochie wordt de St.-Jozefkerk intensief gebruikt voor de eredienst. De acht klokken geven kleur aan deze diversiteit aan vieringen, liturgische momenten en gedachtenissen. Dit veelkleurig gebruik wordt geregeld door een ‘luidorde’: een programma dat vastlegt op welk moment of bij welke gelegenheid welke klok(ken) luidt of luiden. Vanwege hun symbolische betekenis en hun signaal- functie moeten ze weloverwogen en zinvol hun functie vervullen.

De luidorde gaat uit van het karakter van elke individuele klok, dat allereerst wordt bepaald door de toonhoogte. Zodra meerdere klokken worden gebruikt, ontstaat door de toonafstand tussen deze klokken een ‘motief’, dat bijvoorbeeld kan refereren aan de melodie van een liturgisch gezang. Zo geven de klokken het eigen karakter aan van elke tijd van het kerkelijk jaar, een feest of speciale gelegenheid.


Hoe luiden de klokken?

De klokken hangen in de daarvoor bestemde vierde geleding van de elegante toren. Deze steekt boven de nok van het kerkdak uit en is geheel opengewerkt, zodat het geluid zich naar alle richtingen goed kan verspreiden. De klokken worden elektrisch aangedreven en door de koster met een druk op de betreffende knoppen in beweging gebracht. De zes grootste klokken hangen aan gekrukte assen, en luiden daardoor met een ‘vallende klepel’. De twee kleinste hangen aan een rechte as en hebben een ‘vliegende klepel’.

Daarnaast zijn twee klokken voorzien van een slaghamer. Deze ijzeren hamer kan de slagrand aan de buitenkant aantikken. Dit ‘slaan’ van de klok gebeurt bij de grote Petrusklok via het uurwerk, waarmee deze de hele en halve uren aangeeft. Ook de Elisabethklok heeft een slaghamer. Deze dient voor de voorslag van het Angelus.

Aan de voet van de spits, boven de klokkenetage bevinden zich aan alle zes kanten van de toren wijzerplaten die de tijd aangeven. Tegenwoordig worden het uurwerk, maar ook bepaalde luidingen aangestuurd door een computer.