Vijfde zondag door het jaar – A
5 februari 2023
Eerste zondag van de veertigdagentijd – A
26 februari 2023
Vijfde zondag door het jaar – A
5 februari 2023
Eerste zondag van de veertigdagentijd – A
26 februari 2023
 

PREEK VAN PASTOOR/PLEBAAN R. WAGENAAR, GEHOUDEN OP ZONDAG 19 FEBRUARI 2023 IN DE ST. JOZEFKATHEDRAAL TE GRONINGEN.

Zevende Zondag door het jaar – A

Bij de voorbereiding van deze preek moest ik denken aan een passage uit het boek “Orthodoxie” van de altijd geestige en spitse schrijver Chesterton. Hij zegt daar: als een slaaf van zijn meester een appel zou stelen, zou zijn meester hem daarover berispen en het verder erbij laten. Maar als die slaaf een familielid van hem zou vermoorden, dan zou hij die slaaf vervloeken en hem zelf ter dood laten brengen. Kortom, naar de ernst van de daad wordt iemand gestraft. Voor ons begrijpelijk. De menselijke maat. Hier, vervolgt Chesterton, trad het Christendom als een tweesnijdend zwaard op en leerde, dat iedere misdaad, klein of groot, vervloekt moet worden, maar de misdadiger altijd vergeven moet worden.

Ja, zegt Jezus zelf niet: 70 x 7 maal, dat is altijd.

Zo wijst de Kerk geen mensen af, wel daden van mensen. Zuiverder onderscheidend.

Het Evangelie van vandaag zegt ons, dat we volmaakt moeten worden, tenminste die weg op moeten gaan. Niet naar de menselijke maat handelen en oordelen, maar naar Christus maat gaan handelen. Doen we dat? Hem als maatstaf nemen. Hem voor ogen houden in ons dagelijks leven? Of gaan we het liever op een accoordje gooien met de wereld, met wat “men” zegt en vindt?

Het valt niet mee in onze geseculariseerde samenleving het kompas zuiver te houden als Christen en verder te kijken dan de zichtbare werkelijkheid. De Kerk wordt gauw verweten, dat ze te streng is, de tijd niet begrijpt enz., maar we vergeten, hoe veeleisend Christus zelf is, zoals in het Evangelie van vandaag. Hij vraagt méér van ons, zijn navolgers, dan de gewone menselijke maat van geven en nemen.. Wat voor recht op loon hebt gij dan? Dat doen de heidenen toch ook? Moeten we dan buitengewone dingen gaan doen, zoals de heiligen, onze helden in het geloof, ons hebben voorgedaan?

Niet iedereen is daartoe geroepen, heeft daartoe de genade, de kracht ontvangen, want het was en is altijd God, die door zijn heiligen handelt. Maar misschien kunnen we wel het gewone op een buitengewone manier doen in ons dagelijks leven, in onze omgang met elkaar.

Mensen zeggen zo vaak als het over biechten gaat, dat ze niet weten, wat ze zouden moeten zeggen. Ik ben toch een goed mens?

Zijn we dan al volmaakt? Nee, dat weten wij wel. De apostel en evangelist Johannes zegt het helder in zijn eerste brief: “als wij zeggen, dat wij geen zonden doen, bedriegen wij onszelf en woont de waarheid niet in ons”. Als we eens stilstaan bij onszelf en onze omgang met God en met elkaar. Is Hij aanwezig in ons dagelijks leven? Bidden we? Hoe gemakkelijk roddelen we niet, negatief over anderen praten. We hebben het niet eens in de gaten. Hoeveel ruzies en conflicten zijn er niet in gezinnen en families en wat is onze rol daarin? Wat zouden wij kunnen bijdragen aan verzoening? Bedenkend, dat een mens altijd méér is dan zijn daden, ook zijn verkeerde daden. Want ieder mens is naar Gods beeld en gelijkenis geschapen. En dan de zonde van de nalatigheid. In de schuldbelijdenis aan het begin van de H. Mis zeggen we: dat ik gezondigd heb in woord en gedachte, in doen en laten. Dus ook het verzuim om goed te doen, omdat we er geen zin in hadden.

Het lijkt, alsof we in een tijd van grote onverschilligheid leven. Dat we alles maar laten gaan. Dat kan in ieder geval nooit een goede houding zijn. Wij hebben een verantwoordelijkheid om bijvoorbeeld het geloof aan onze kinderen door te geven, als we ze hebben laten dopen, door met ze te bidden, over Gods leven met de mensen, zoals in de Bijbel staat, te vertellen. Ze mee te nemen naar de Kerk. Dat zal ook de onderlinge band kunnen versterken. Zoals de schering en de inslag in een kleed het tot een hecht geheel maken. De horizontale en verticale lijnen horen bij elkaar in ons leven. Misschien staan we dan ook meer open voor elkaar en voor elkaars noden, zoals vele vrijwilligers daar een goed voorbeeld in geven.

In gelovige gemeenschappen is de betrokkenheid altijd veel groter dan daar buiten. De eerste Christenen, zo lezen we in de Handelingen van de Apostelen (Handelingen 2), stonden bij iedereen in aanzien, omdat ze samen baden en alles met elkaar deelden.

Onze samenleving is niet alleen geseculariseerd, maar ook hyper individualistisch en het één heeft met het ander van doen, waarom onze samenleving steeds meer uiteenvalt.

Godsdienst is wel degelijk een samenbindende factor, zoals ook niet –christelijke bestuurders erkennen. Wij hebben een schat in handen, ons geloof, waar we zoveel moois in kunnen beleven en er zoveel goeds van daaruit gedaan wordt.

Wij beseffen niet half, hoe rijk we zijn. Laten we onze ogen ook ervoor openen in de komende Vastentijd, die woensdag gaat beginnen en er bewust, vitaal en positief mee verder gaan, want wij zijn tot iets buitengewoon moois geroepen, waar we al in mogen staan door ons Doopsel.

Laten we aan de hand van Christus en zijn hemelse moeder de grote vasten ingaan, op naar Pasen, elkaar de hand reikend en onze uiteindelijke toekomst tegemoet.

Amen

 
Zevende zondag door het jaar – A
Deze site gebruikt enkel cookies voor de basis­func­tio­naliteit. Er wordt geen gebruik gemaakt van site-analyse of cookies van derden.